N-VA standpunt motie ivm: armoedegrens

Op 4 april 2014, over deze onderwerpen: Sociaal beleid (OCMW)

Op zich zijn we voor een verhoging van het leefloon MAAR gekaderd in een volledig herziening van alles:

-          Loonkostenverlaging, lineaire belastingverlaging e.d. moeten zorgen voor jobcreatie en hogere netto-lonen.

-          Beperking van de werkloosheid in de tijd: Max. 2j (o.b.v. aantal gewerkte jaren) en hogere uitkeringen.

-          Nadien: 1 jaar of duur van de opleiding: activeringsuitkering dat hoger ligt dan leefloon

-          Nadien: Leefloon dat, in combinatie met de genoten sociale voordelen, reikt tot aan de armoededrempel

We zijn geen voorstander om het leefloon “gewoonweg” te verhogen tot het bedrag van de Europese armoedegrens. 

We houden immers expliciet rekening met de sociale voordelen die mensen zonder (of laag) inkomen vandaag bijkomend ontvangen, bvb. verhoogde tegemoetkoming in de gezondheidszorg, inkomensgerelateerde bijdrage voor kinderopvang, huursubsidies, sociale tarieven, … misschien zelf lokale sociale voordelen.

We willen iedereen een menswaardig inkomen garanderen, maar willen ook vermijden dat mensen gevangen zitten in hun uitkeringsafhankelijkheid. Bijvoorbeeld doordat ze een aantal sociale voordelen dreigen te verliezen als ze aan het werk gaan.

Standpunt N-VA: Met hoeveel het bedrag van het leefloon effectief verhoogd wordt, hangt dus af van de individuele (gezins)toestand en van de toegekende sociale voordelen.

Zo staat er in de congresteksten: Het leefloon trekken we op tot de armoedegrens, zoals Europees gedefinieerd en rekening houdend met de toegekende (sociale) voordelen.

Werken moet lonend zijn voor iedereen, ook voor laaggeschoolde en langdurig werklozen die vaak gevangen zitten in een financiële werkloosheids- of inactiviteitsval. Omdat werken voor hen niet (of nauwelijks) meer opbrengt dan een uitkering (verliezen van sociale voordelen).

We streven ernaar om zoveel mogelijk mensen te activeren zodat er meer geld beschikbaar is voor mensen die niet-activeerbaar zijn.

Conclusie:

Het leefloon trekken we op tot de armoedegrens, zoals Europees gedefinieerd en rekening houdend met de toegekende (sociale) voordelen.

N-VA houdt wel rekening met de sociale voordelen zodat het leefloon de facto lager zal liggen, maar in combinatie mét de sociale voordelen boven de armoedegrens komt. We staan wel achter het feit dat er voldoende spanning moet blijven bestaan met de netto-minimumlonen. Het moet interessanter zijn om aan het werk te gaan ipv de sociale bijstand (leefloon).

 

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is